Hoe berekent u de reserveringsruimte voor lijfrente?

Als u geld wilt storten op een lijfrente moet u eerst uitrekenen of u
jaaruimte of reserveringsruimte hebt. De reserveringsruimte, ook wel inhaalruimte genoemd, bestaat uit de jaarruimte die u in de voorgaande zeven jaar niet of slechts voor een deel hebt gebruikt. De berekening voor de reserveringsruimte is niet echt ingewikkeld maar het is wel even wat werk voor u. U heeft in ieder geval de overzichten van uw inkomen over de afgelopen jaren nodig en informatie over uw pensioenregeling in die jaren.
De reserveringsruimte is eigenlijk dezelfde berekening als de jaarruimte maar dan voor de afgelopen zeven jaren.
Formule reserveringsruimte
Elke berekening van de reserveringsruimte kent andere uitgangspunten maar het systeem is iedere keer hetzelfde:
2008: 17,0% x (premiegrondslag 2007 - €11.155) -/- (7,5 x A) -/- F
2009: 17,0% x (premiegrondslag 2008 - €11.345) -/- (7,5 x A) -/- F
2010: 17,0% x (premiegrondslag 2009 - €11.561) -/- (7,5 x A) -/- F
2011: 17,0% x (premiegrondslag 2010 - €11.631) -/- (7,5 x A) -/- F
2012: 17,0% x (premiegrondslag 2011 - €11.829) -/- (7,5 x A) -/- F
2013: 17,0% x (premiegrondslag 2012 - €11.829) -/- (7,5 x A) -/- F
2014: 15,5% x (premiegrondslag2013 - € 11.829) -/- (7,2 x A) -/- F
In ons artikel over
jaarruimte leggen we u uit wat termen als premiegrondslag, factor A en F precies betekenen.
Maximale reserveringsruimte 2015: € 7.052 of € 13.927
Als u de uitkomst van deze zeven jaren bij elkaar optelt, heeft u de reserveringsruimte berekent. Maar, let op: Er geldt een maximum voor de reserveringsruimte en die verschilt per jaar. Voor 2015 is de maximale reserveringsruimte € 7.052,-. Bent u ouder dan 55 jaar en 3 maanden? Dan is uw reserveringsruimte maximaal €13.927,-. Eerder afgetrokken lijfrentes moet u hier natuurlijk van af halen.
Reserveringsruimte gebruiken voor lijfrente
U mag het bedrag dat u beschikbaar heeft aan reserveringsruimte gebruiken voor een lijfrentestorting. Het bedrag dat u stort mag afwijken van uw reserveringsruimte. Dus stel dat uw reserveringsruimte € 5.000 bedraagt dan mag u zelf bepalen of u het hele bedrag stort of een deel. U moet in ieder geval nooit meer storten dan uw reserveringsruimte. U heeft dan namelijk geen belastingvoordeel over de inleg boven de reserveringsruimte maar moet wel belasting gaan betalen over de uitkeringen op pensioendatum. Heeft u in het verleden per ongeluk meer gestort dan u aan jaarruimte en reserveringsruimte heeft dan moet u bij de fiscus uw aangifte laten wijzigen of een saldoverklaring aanvragen.

Jeroen Wolfsen
Productexpert
Tel: 085-760 7600
20 januari 2016 9:58:08Beste Kees,
Volgens mij geldt het dat je op het moment van storten 55+ moet zijn. Het berekeningsprogramma van de fiscus geeft dit wel aan.
Met vriendelijke groet,
Jeroen Wolfsen
reageer op Jeroen Wolfsen

Jeroen Wolfsen
Productexpert
Tel: 085-760 7600
14 februari 2016 11:44:08Beste Piet,
Ik weet natuurlijk niet welke getallen je hebt ingevoerd, dus ik kan je geen concreet antwoord geven maar het werkt als volgt:
De reserveringsruimte is de optelsom van niet-benutte jaarruimten. In 2015 is dat het totaal van de jaarruimten 2008 tot en met 2014. Binnen de reserveringsruimte geldt een maximumbedrag per jaar. Hierdoor kan de aftrek in 2015 lager zijn dat dan het totaal van uw niet-benutte jaarruimten over de afgelopen jaren.
Als je er niet van overtuigt bent dat je het goed, schakel dan een goede boekhouder in die weet hoe dit werkt.
Met vriendelijke groet,
Jeroen Wolfsen
reageer op Jeroen Wolfsen

Charles Hengst
15 mei 2017 20:44:46Beste Piet,
Waar het waarschijnlijk fout gaat, is dat er ook gekeken wordt naar het huidige inkomen om de maximale afstorting te bepalen. De bedragen die Jeroen noemt zijn absolute maxima; om jouw eigen cijfer te bereken moet je 17% van je inkomen minus AOW-franchise pakken. Bijvoorbeeld: 0,17* (€ 50.000 - 12.032) = 6454
reageer op Charles Hengst