Steeds meer mensen kiezen ervoor om hun
lijfrente of gouden handdruk uitkering te laten uitkeren op basis van beleggen. En dat is niet vreemd gezien de voordelen van zo'n lijfrenterekening. In dit artikel leg ik uit wat de voor- en nadelen zijn van uitkering op basis van beleggen is en hoe beleggen voorkomt dat je uitkering steeds minder waard wordt door inflatie.
Lijfrentepolis, banksparen of lijfrentebeleggen?
In 2008 werd het mogelijk om naast een lijfrente polis ook een lijfrentebankspaarrekening te gebruiken voor een lijfrente uitkering. Banksparen werd al snel populairder door de lage kosten en daarmee de hogere opbrengst. Maar banksparen bood nog twee voordelen: bij overlijden was het nog niet uitgekeerde lijfrentekapitaal altijd beschikbaar voor erfgenamen en er was geen risico bij een faillissement (tot € 100.000)
Deze 2 voordelen biedt de
lijfrenterekening op basis van beleggen ook: bij overlijden is het saldo altijd voor de erfgenamen en het risico van een faillissement is voorkomen doordat de beleggingen altijd op een derdenrekening staat die niet meegenomen wordt als de beleggingsonderneming failliet gaat. Het derde voordeel van een uitkering op basis van beleggen is de hogere opbrengst door de jaren heen als u een goed rendement behaald. Het mag duidelijk zijn dat daar ook het eventuele nadeel zit: U gaat beleggen en daarbij hoort nu eenmaal een risico. Bij een tegenvallend rendement zal uw uitkering dalen. Toch zien we op langere termijn dat een rendement tussen de 4% en 6% haalbaar is.
De gevolgen van inflatie op uw lijfrente uitkering via een bank of verzekeraar
De uitkering voor een polis of bankspaarrekening is afhankelijk van de rente. Hoe hoger de rente, hoe hoger de uitkering. De uitkering staat vast voor de afgesproken uitkeringsperiode. Dat heeft als voordeel dat u precies weet waar u aan toe bent. Het geeft u zekerheid. Tegelijkertijd heeft u eigenlijk ook de zekerheid dat uw echt besteedbare uitkering eigenlijk ieder jaar daalt. Dat komt door de inflatie die jaarlijks 2% tot 3% bedraagt. En zo maakt u eigenlijk geen rendement op uw lijfrentekapitaal.
Kijk maar eens naar het volgende rekenvoorbeeld:Meneer Jansen zet op AOW leeftijd een zijn vrijkomende lijfrentekapitaal van € 120.000 in een uitkering.
Hij kiest voor een uitkering met een looptijd van 20 jaar.
Bij een rente van 3% ontvangt hij 20 jaar lang een uitkering van bruto € 663 per maand.
Wat er ook gebeurt met de rente, zijn uitkering blijft gelijk.
Na 20 jaar: 1/3 minder uitkeringAls we echter uitgaan van
inflatie van de afgelopen 20 jaar dan is er van zijn bruto uitkering na 10 jaar nog maar € 517 over.
Na 20 jaar is zijn uitkering van € 663 nog maar € 433 waard.
Stijgende uitkering bij beleggen voorkomt inflatie
Als meneer Jansen zijn lijfrentekapitaal van € 120.000 laat uitkeren op basis van beleggen ziet zijn verwachte uitkering er door de jaren heen als volgt uit:
Jaar | Uitkering | Gecorrigeerd naar inflatie |
---|
1 | € 657,- | € 657,- |
10 | € 828,- | € 646,- |
20 | € 1.152,- | € 753,- |
U ziet dat door het hogere rendement u de inflatie kunt verslaan en er zelfs op vooruit kan gaan.
Hierbij is gerekend met realistische rendementen en een gematigd offensief beleggingsprofiel.
Stijgende uitkering maakt lijfrente beleggen populair
Natuurlijk past een lijfrente uitkering op basis van beleggen niet bij iedereen. Uw uitkering kan stijgen maar kan ook dalen als het rendement in een jaar lager is of zelfs negatief. Niet iedereen vindt dat prettig.
Toch is het de moeite waarde om de uitkering van een
beleggingslijfrente te vergelijken met de uitkering van een bank of verzekeraar en u goed te verdiepen in de mogelijkheden.